
Een kaars bij de gedenkzuil
Overig Stem in de StadHAARLEM Het Haarlems Weekblad plaatst om de week een column van Stem in de Stad. Deze organisatie zet zich in voor Haarlemmers die het moeilijk hebben en kijkt om naar kwetsbare mensen die in nood zijn, naar mensen die niet altijd gehoord of gezien worden. Deze week is het woord aan Elly Mulder, straatpastor.
In het Aanloopcentrum van Stem in de Stad staat een gedenkzuil. Hij staat links in de gang, naast de balie waar je gratis koffie en thee kunt halen. Het is een brede, vierkante pilaar met aan drie kanten wat onopvallende frutsels en het portret van de grondlegger van Stem, Jurjen Beumer.
Maar één kant is heel bijzonder. Het is de kant waar mijn kantoor op uitkijkt. Hier steek ik elke dag een kaars aan. Het is de plek waar we mensen gedenken die overleden zijn.
Die ene kant is een beetje verborgen. Onttrokken aan het zicht. Als je wilt zien wat daar is, moet je er naar toe lopen. Maar het is de moeite waard.
Op die ene, wat verborgen wand hangen de namen en foto’s van gestorven mensen die bij leven en welzijn bij Stem over de vloer kwamen. Mensen die vaak het leven te vroeg moesten loslaten. Mensen met soms heftige levensverhalen. Geweldige, bijzondere, ‘èchte’ mensen.
Alle foto’s bij elkaar vormen een bonte verzameling. Mensen uit de daklozenwereld hangen er, maar ook vrijwilligers van Stem. Allemaal mensen die ons zó dierbaar zijn. Mensen die we niet willen of kunnen vergeten. Omdat we hen in ons hart hebben gesloten.
Vaak blijven bezoekers even bij de gedenkzuil staan. Een glimlach. Een traan. En soms wil iemand dan even praten. Het ontroert me als dat gebeurt. Omdat het laat zien hoe belangrijk het is dat mensen niet vergeten worden.
Daarom brandt bij de gedenkzuil altijd een kaars. “Licht dat niet dooft. Liefde die blijft.” Hoe mooi, moeilijk of ingewikkeld een leven ook was, bij Stem houden we het licht brandend - en de herinnering levend.
Elly Mulder, straatpastor